Opdracht 5 Compositie
1. Wat zie je?
2. Als je kijkt naar de manier waarop het schilderij gemaakt is, zie je dat er ruimte ontstaat door de manier waarop de voorwerpen voor en achter elkaar
geschilderd zijn. Doordat de uien naar voren komen, zien de wangen er bol uit. Omdat de wortel als neus weer een stuk over de uien steekt, lijkt deze
heel groot en lang.
Wat zie je als je kijkt naar licht en donker in het schilderij?
3. Als je het gezicht precies door midden zou delen, zouden allebei de kanten er dan hetzelfde uitzien denk je?
Waarom wel/niet?
4. Kijk een naar de richting van de worteltjes als baard, wat valt je op?
5. Als je kijkt naar de baard, zie je dat er een paar keer dezelfde vorm gebruikt wordt. Waarom is dat?
6. Hoe denk je dat de man op dit plaatje zich voelt?
2. Als je kijkt naar de manier waarop het schilderij gemaakt is, zie je dat er ruimte ontstaat door de manier waarop de voorwerpen voor en achter elkaar
geschilderd zijn. Doordat de uien naar voren komen, zien de wangen er bol uit. Omdat de wortel als neus weer een stuk over de uien steekt, lijkt deze
heel groot en lang.
Wat zie je als je kijkt naar licht en donker in het schilderij?
3. Als je het gezicht precies door midden zou delen, zouden allebei de kanten er dan hetzelfde uitzien denk je?
Waarom wel/niet?
4. Kijk een naar de richting van de worteltjes als baard, wat valt je op?
5. Als je kijkt naar de baard, zie je dat er een paar keer dezelfde vorm gebruikt wordt. Waarom is dat?
6. Hoe denk je dat de man op dit plaatje zich voelt?
